De warmtepomp is op dit moment enorm populair en toch is deze verwarmingsbron uit de gratie. Hoe kan dat nou? Het piekje dit najaar in de aantallen geïnstalleerde (hybride) warmtepompen komt naar men zegt doordat de subsidie op kleine warmtepompen volgend jaar drastisch wordt verlaagd. Een typisch geval van “haast u want u kunt nu nog met een gunstige subsidie kopen”. Voor mensen met zonnepanelen, zeker als die anelen wat ouder zijn en zo veel stroom hebben opgewekt als ze zelf hebben gekost, is en blijft een warmtepomp een economisch gunstige deal. Bovendien beperkt of, beter nog, elimineert men de gasconsumptie en daarmee CO2 uitstoot. Er zullen bij elkaar dit jaar ongeveer 100.000 warmtepompen worden geplaatst, tegen rond 150.000 in 2023. Dat is dus een vermindering met 1/3. Bovendien zijn 50.000 van die warmtepompen een vast gegeven omdat die in nieuwbouw woningen komen te staan. Immers: alle nieuwbouw is verplicht van het gas af. Blijven dus 50.000 warmtepompen over voor de bestaande bouw. Met zo’n aantal gerealiseerde warmtepompen in de bestaande bouw duurt het veel te lang voordat alle bestaande woningen van het gas af zijn. Neem alleen al vooroorlogse woningen. Dat zijn er 1.500.000. Voorzie die allemaal van een warmtepomp in een tempo van 50.000 per jaar, dan duurt dat 30 jaar! Vooroorlogse woningen vormen 19% van de totale woningvoorraad (Google).
Welke minister zorgt ervoor dat er concreet beleid komt dat we in 2050 allemaal van het gas af zijn? De huidige minister van Klimaat en Groene Groei zeer zeker niet.