Eindelijk liggen ze er: de felbegeerde zonnepaneeltjes. De vergunningsaanvraag dateert van 5 mei 2021. Vanochtend werden ze gelegd. Waarom duurde het zo verschrikkelijk lang en waarom zijn ze roestbruin? De reden ligt bij de Leidse ambtenarij, in casu de Welstandscommissie. Er zijn namelijk barrieres.
Barriëre 1: Je mag in deze wijk niet zomaar zonnepanelen op je dak leggen, want de straat ligt in het beschermde stadsgezichtsgebied “Zuidelijke Schil” van Leiden.
Barriëre 2: Je moet vergunning aanvragen. Ga er maar aan staan – de helft van de bewoners zien hierom maar af van zonnepanelen.
Barriëre 3: Iemand heeft bepaald dat op daken met rode of oranje dakpannen rode zonnepanelen moeten komen (bijpassende kleur). Die panelen worden door maar één fabrikant geleverd, zijn 10% minder efficiënt en 10% duurder dan zwarte panelen. Leiden is de enige stad in ons land die deze eis stelt.
Barriëre 4: Zodra men een vergunning heeft aangevraagd begint het soebatten: maatvoering, oriëntatie, afstand tot dakranden en dat soort gedoe. De ambtenaren ontzorgen de aanvrager niet maar stellen gewoon steeds nieuwe bizarre eisen. Dat hoort kennelijk bij de gemeentelijke vergunningscultuur. Dan gaat de fabrikant ineens panelen maken met andere kleur en maatvoering. Weer gesoebat. Gevolg: frustratie op frustratie.
Gevolg: in januari en februari werden in mijn wijk bij elkaar zegge en schrijven twee vergunningsaanvragen ingediend. Dat schiet op met de verduurzaming van de wijk.
En waarom al dat moeizame gedoe? Omdat rode panelen op rode dakpannen minder zouden opvallen dan zwarte. Wat vindt u ervan?