Moet er nogmaals een stofkam doorheen? Daar bedoel ik mee: kijken naar de isolatie-situatie van je woning. Immer: hoe beter geïsoleerd, des te minder warmte je kwijtraakt en des te minder warmte je hoeft aan te voeren om de tent enigszins behaaglijk te houden. Voorbeeld: mijn huishouden. Uit solidariteit met de bewoners van Oekraïne zette ik in de herfst 2022 de cv-thermostaat op 18 graden overdag vanaf 07:00 uur en 15 graden ’s nachts na 23:00 uur. Dus was het ’s ochtends 15 graden. Dat betekent dat er in de nacht een equivalent van 3 graden warmte verdwijnt en dat verschil moet overdag weer worden aangezuiverd. En 18 graden in de woonkamer vind ik na 2 jaar niet echt supercomfortabel. Ook ik word oorlogsmoe. Wat gaan we met de aanstaande warmtepomp doen: een ander regime invoeren, ofwel overdag 19 graden, ’s avonds 20 graden en nachtverlaging tot 18 graden. Dat ben ik van plan een jaar vol te houden en dan heb ik een referentiejaar.
Maar: het soort oude in de jaren ’30 van de vorige eeuw gebouwde huizen waarin ik woon is bouwkundig buitengewoon energieverslindend. Indertijd gaf dat niet, met een kolenhaard in de achterkamer en de tussendeuren potdicht, maar vandaag de dag ligt dat anders. Dus: dakisolatie, vloerisolatie, spouwmuurisolatie en overal HR++ glas is gebeurd: no-brainers. Gewoon doen! het scheelt zo ontzettend veel op het gasverbruik en het pept het comfort zo enorm op. Ik sprak onlangs iemand die na 20 jaar tobben en duimen draaien eindelijk de erker in de woonkamer van kunststof kozijnen met HR++glas had laten voorzien. Stomverbaasd was hij dat hij zonder een das om in zijn erkertje kon zitten. Wat een weelde: geen koudeval meer vanaf de ramen. Over energiebesparing heb ik verder maar niet gesproken.
Ik zit dus te piekeren over die drie graden terugval in temperatuur. Dat moet écht minder worden want anders kan de warmtepomp het straks niet aan. Hoog op de agenda: kierenjacht en ventilatie. Deze woning heeft ‘natuurlijke’ ventilatie, ofwel: houd altijd een bovenlichtje open. Vooral de leuke authentieke overstekken zijn enorme, voor de meeste wijkbewoners onbekende, energievreters. De wind giert er doorheen bij wijze van spreken en komt via deze route tussen de plafonds op de bovenverdieping. Daar kunnen we wat tegen doen, namelijk plafondisolatie. Warmteterugwinning uit ventilatielucht gebeurt sporadisch.
Wie gaat er nou nadenken aan woningisolatie nu het eindelijk lekker lente wordt? Ik wel. Слава Україні!
Zo’n periode als waarin we zijn beland: temperaturen in de richting van het nulpunt, grauw, bewegingloos winters weer met zachte oostenwind, dàt is de uitgekiende tijd om een wandelingetje door de buurt te maken met een thermoscancamera in de aanslag. Of om binnenshuis aan de slag te gaan om koudebruggen en warmtelekken te identificeren.
Al lopend in de buurt viel het mij op dat behoorlijk wat woningen hun woningisolatie redelijk tot goed in orde hebben – of ze hebben uit armoe de thermostaat op 15 graden, dat kan ik niet waarnemen. Opvallend veel bovenverdiepingen springen eruit. Zouden mensen wel HR++ glas op de begane grond hebben maar niet op de 1e verdieping? Dan is er nog wat te verbeteren! Iets anders is dat onze wijk nogal wat bovenwoningen telt. De woonkamer bevindt zich dan op de 1e verdieping. In dit soort woningen wonen veel starters. Zouden die wel iets anders aan hun hoofd hebben dan verduurzamen? Of denken ze wellicht dat ze minder energie verbruiken omdat er zich een woonlaag onder hun verdieping bevindt: het ‘flat’gevoel: de buurlieden naast je, onder je en boven je verwarmen hun flatje lekker zodat jij zelf niets hoeft te doen! In ieder geval sprong deze bovenverdieping eruit. Minder leuk voor de bewoners is dat het leuke glas-in-lood bovenin de erker zo warmtelek is als een mandje. Bovendien laat het metselwerk tussen het kozijn van de erker en de dakgoot heel veel warmte door. Dat laatste is een bouwkundige constructie ‘fout’ uit de bouwperiode (jaren’30) die in mijn wijk veel voorkomt. Werk aan de winkel!
Er moet aan oude woningen zo nu en dan iets gerepareerd worden. Dat was kort geleden bij mij weer eens het geval. Klemmende deuren moesten echt hoognodig worden bijgewerkt. Bij de werkzaamheden kwamen polystyreenkorrels tevoorschijn. Uit de spouw. Die is in 1980 (!) toen ik de woning net had betrokken van top tot teen volgeblazen met die korrels. Als ik mij goed kan herinneren een papje polystyreenkorrels met een slap bindmiddel. Gaten boren in voegen en blazen maar, een dag lang! Deze koek zit nog steeds in de spouw, en kennelijk in zeer goede staat. Indertijd kostte spouwmuurisolatie mij de lieve som van 900 gulden. Buurtgenoten dachten dat ik kierewiet was geworden. Een flitsende nieuwe auto was toch veel leuker! En ook de keuken viel in 1980 eigenlijk van ellende uit elkaar. Maar ja, een gulden kan je maar een keer uitgeven. Ik bleef uit arren moede nog een paar jaartjes langer in mijn oude roestbak rijden. De keuken werd eigenhandig zo goed en zo kwaad als het ging opgeknapt
Functioneel zijn de polystyreenkorrels zeer zeker. Door de goede isolatie-eigenschappen zakte het gasverbruik van de (indertijd) VR ketel met 400 kubieke meter per jaar. Over de 40 jaar dat de spouwisolatie er zit is er dus pak-em-beet 40 x 400 = 16.000 kubieke meter aardgas bespaard. Leuk rendementje, afgezien van de milieuwinst. Pas 20 jaar na de spouwmuurisolatie kwamen de zonnepanelen, in juni 2000. Maar over dat jubileum komende maand.